Ruim 4.600 palingen over de dijk gezet
In de periode tussen 1 september en 1 december van 2012 werden, verdeeld over 11 plaatsen in Noord-Holland en Zeeland, ruim 4.600 palingen voor de waterbarrières met de zee opgevist en erachter weer uitgezet. De vier gemalen in Noord- Holland bleken de belangrijkste trekroute voor paling te zijn binnen het project. Twee derde van alle overgezette paling volgde het Noordzeekanaal. Topper was het Zaangemaal, waar ruim 2.200 palingen werden gevangen.
In de provincie Zeeland werden zeven in het project opgenomen. De aantallen gevangen palingen waren hier kleiner, de palingen zelf aanmerkelijk groter. De grootste palingen wogen gemiddeld 2,1 kg per stuk. Alle vangstgegevens worden in december en januari geëvalueerd. Daaruit kunnen conclusies worden getrokken voor het mogelijke vervolg van ‘Paling Over de Dijk’.
Zonder hulp redt de paling het niet
Op 5 september klonk het startsein voor het pilot project ‘Paling Over De Dijk’. Bij het Zaangemaal in Zaandam en bij het gemaal Prommelsluis in Kerkwerve-Zierikzee werden de eerste tientallen schieralen opgevist en achter de gemalen weer vrijgelaten. Alle partijen die hadden samengewerkt om dit moment mogelijk te maken, waren aanwezig met hun eindverantwoordelijken: gedeputeerden, dijkgraven, voorzitters van de sportvisserij en beroepsvisserij. Daarbij waren ook de vele mensen die hun handen uit de mouwen gingen steken voor dit ambitieuze project. Nu, drie maanden later is het project afgerond en kan de balans worden opgemaakt. Dat het een succes is geworden, staat vast. Voorzitter van de Stichting DUPAN Alex Koelewijn vertelt waarom:
Samenwerken als hoofddoel
“Er zijn ruim 4.600 palingen ongeschonden langs de gemalen geholpen. Die zijn op dit moment geheel ongehavend op weg naar hun paaigronden in de oceaan. Maar een van de hoofddoelen van dit project was om ‘uit te vissen’ of het praktisch mogelijk zou zijn, om paling letterlijk en figuurlijk over de dijk te zetten. Je hebt namelijk te maken met allerlei partijen die rond een dergelijk project belangen hebben. En die zijn niet altijd hetzelfde. We kunnen nu stellen, dat we met elkaar een breed gedragen aanpak hebben gecreëerd. Er is tussen alle partijen met veel enthousiasme samengewerkt.”
Praktische oplossing
“Nederland vecht al vanaf de water. Een groot deel van de Nederlanders leeft de onder de zeespiegel, op gronden die gewonnen zijn uit het water. Bij het maken van kustversterkingen en landaanwinningen is nooit rekening gehouden met vissen die van zoet naar zout en andersom trekken. Paling is zo'n trekvis die hierdoor in de problemen komt. Maar we kunnen geen dijken afbreken of alle pompen tegelijkertijd aanpassen. De oplossing om de trekkende palingen te helpen, is simpel en effectief tegelijk. Door samenwerking van alle bij het water betrokken partijen - overheden, waterschappen en de sport-, en beroepsvissers - is het probleem voor de paling heel goed aan te pakken. Beroepsvissers vangen de palingen voor het knelpunt op en brengen deze onder het toeziend oog van de controleurs van de Sportvisserij naar open zee.”
Een schat aan informatie
Deze samenwerking heeft er voor gezorgd dat alle palingen keurig zijn geteld, gemeten en gewogen en 'over de dijk' weer vrijgelaten zijn. Een schat aan waardevolle informatie is op deze manier vergaard. Duizenden volwassen palingen, die anders niet onbeschadigd langs een knelpunt konden komen, zijn gered. Ook in de toekomst zullen we paling ‘over de dijk' moeten zetten, want zonder hulp redt de paling het niet om zijn geboortegrond te bereiken”, besluit Koelewijn. (Artikel uit het DUPAN Journaal)